Het systeem moet verplicht geïntegreerd worden in bijna alle industriële gebouwen en in nieuwe gebouwen waarin de compartimenten zich uitstrekken over verschillende verdiepingen. Bij gebouwen met een vloeroppervlakte van minder dan 2000 m², moet de nuttige opening van de RWA minstens twee procent van die vloeroppervlakte bedragen. Indien de vloeroppervlakte groter is dan 2000 m², wordt dit bepaald door een berekeningsnorm. De RWA-installatie moet minstens gedurende een half uur kunnen weerstaan aan temperaturen om en bij de 300 graden en moet overeenstemmen met de criteria op het vlak van toelaatbare temperatuur, zichtlengte in de rook en rookvrije hoogte onder een rooklaag. Hoe de installatie er precies uit zal zien, wordt bepaald door ingenieurs die de juiste verhoudingen berekenen gedurende de studiefase.
Enkele Belgische en Nederlandse bedrijven die zulke RWA-installaties kunnen leveren en installeren zijn CI Belgium (www.cibelgium.be), Decorit (www.decorit.nl), Brakel Atmos (www.brakelatmos.com), Colt (www.coltinfo.be), Novenco, en Boverna Glas. Voor gebouwen met een oppervlakte tot 2000 m² bedraagt de kost van een RWA ongeveer 5000 euro.
| Ons advies: RWA-installaties zijn haast altijd verplicht in gebouwen met een industriële functie, behalve in gebouwen met brandklasse A en gebouwen met brandklasse B die kleiner zijn dan 500 m².
In feite werkt een RWA volgens het omgekeerde badkuipprincipe. Wanneer je de kraan van een bad laat openstaan, vult dat bad zich met water. Trek je de stop eruit, bouwt er zich een evenwichtstoestand op. Het water blijft namelijk op een bepaald niveau in het bad staan. Bij brand vult een gebouw zich met rook. Wanneer je geen RWA-installatie voorzien hebt (de stop zit nog in het bad), vult de ruimte zich met rook. Op een bepaald moment zit het bad vol, en je trekt de stop eruit. Met andere woorden: je zet de RWA open, en de rook kan ontsnappen. Dit noemen we het omgekeerde badkuipprincipe. |